Snelle integratie van nat- en droogloperpompen in de gebouw- en de industriële automatisering

Nieuwe Wilo IF-module’s naar Modbus en BACnet MSTP

rn

Westzaan. De integratie van elektronisch gestuurde pompen, voor bijvoorbeeld warmte- en koudedistributie in grote gebouwen, in een gebouwbeheersysteem (GBS) betaalt zich uit door verhoogd gebruikerscomfort en lagere bedrijfskosten. Hiervoor biedt de pompspecialist Wilo naast de elektronische pompen, verschillende interfacemodules (IF-module’s) aan. Deze modules maken een effectieve koppeling met de meest toegepaste protocollen in de industriële- en gebouwentechniek mogelijk. Nieuw zijn de IF-module’s voor Modbus en BACnet MSTP voor zowel elektronisch geregelde nat- als droogloperpompen. Zij maken een directe buskoppeling uit de pomp mogelijk, zonder tussenkomst van een dure (vertaal) interface in de regelkast. Op deze manier is een naadloze integratie mogelijk van pompen met de meest voorkomende  bussystemen in de industriële- en gebouwautomatisering.

rn

Normaliter worden elektronische pompen middels potentieelvrije contacten gekoppeld op een GBS. Echter kunnen elektronische pompen een veelvoud aan informatie uitwisselen met een GBS systeem. Daarom zijn al een geruime tijd digitale IF-module’s naar RS485, LON, of CANopen voor de hoogrendement “Wilo-Stratos” en de toerengeregelde “Wilo-VeroLine-IP-E” en “Wilo-CronoLine-IL-E” pompen beschikbaar. De nieuwe IF-module Modbus en BACnet MSTP zijn leverbaar voor de hoogrendement “Wilo-Stratos” en de droogloperpompen van de types “Wilo-VeroLine-IP-E”, “Wilo-CronoLine-IL-E” en hoogrendement inlinepomp “Stratos GIGA”. De IF-modules maken dus een continue communicatie met hoge overdrachtssnelheden mogelijk tussen alle pompen in het veld en de automatiseringslaag.

rn

Het installeren van een IF-module wordt direct in de elektronische regelaar van de pomp gedaan. Hierna koppelt men de elektronische pompen door de veldbus langs de pompen te laten gaan en aan te sluiten. Optioneel kan een eindweerstand op de IF-module hooggemaakt worden bij de laatste pomp op de veldbus. Naast de voedingskabel voor de pomp volstaat dus één  busaansluiting voor de pomp. Dit is kostenbesparend aangezien er geen  extra meeraderige signaalkabel per pomp getrokken hoeft te worden. In de regelkast vervalt de interface welke standaard een voeding nodig heeft. Bij de “Wilo-Stratos” pompen komt zo een volledige digitale buskoppeling tot stand. Optioneel kan bij de toerengeregelde droogloperpompen de keuze op de regelaar gemaakt worden voor volledige digitale aan- en uitsturing of een analoge aansturing in 0-10VDC / 4-20mA gecombineerd met een digitale uitlezing.

rn

Door een elektronische pomp te koppelen op een GBS is zeer bruikbare up-to-date informatie uit de pomp te halen door parameters te koppelen zoals bijvoorbeeld: actueel drukverschil, actuele flow, mediumtemperatuur, toerental, draaiuren, opgenomen vermogen in W en het verbruik in kWh. De laatste twee parameters zijn zeer bruikbaar voor het inzichtelijk maken van de energiebalans van een gebouw of installatie. Hiernaast zijn statusmeldingen en mogelijke storingen gedetailleerd uit te lezen en te projecteren op een grafisch beeld van een GBS. De pomp kan nu door het GBS op verschillende regelstanden aangestuurd worden zoals drukverschil constant (?p-c) of drukverschil variabel (?p-v). Vaak worden elektronische pompen vanaf het GBS in toerental aangestuurd, zo kan het GBS de pompen snel laten reageren op de continue veranderende bedrijfsomstandigheden.

rn

Het instellen van een pomp op een bus geschiedt middels de rode knop op de pompregelaar of middels de infrarood verbinding tussen pomp en laptop. Hiertoe is de nieuwe “Wilo-IR-stick” beschikbaar waarbij men met alle Wilo elektronische pompen direct contact kan maken en vanaf laptop kan instellen en configureren. Er zijn verschillende hoge datasnelheden in te stellen bij Modbus tot 115.200 baud en bij BACnet MSTP tot 78.000 baud. Door het dataformaat van de bus instelbaar te maken op de pomp, kunnen naast de pompen ook veldapparatuur zoals servomotoren, sensoren en frequentieomvormers op dezelfde bus gekoppeld worden.

rn

Verschillende GBS fabrikanten hebben reeds in hun software pompmodules geprogrammeerd voor een direct koppeling naar een elektronische Wilo pomp. Zodoende dient de GBS engineer alleen nog de pompen te configureren en dus niet volledig opnieuw te programmeren. Voor het uittesten van een buskoppeling naar een pomp stelt Wilo simulatieregelaars met IF-module beschikbaar van de “Wilo-Stratos”. Zo kan men voorafgaand het opladen van de projectsoftware op locatie, de volledige koppeling uittesten op kantoor zonder dat men bij een draaiende “natte” pomp moet gaan programmeren.
rn
rnMeer informatie:
rnhttp://www.wilo.nl/cps/rde/xchg/nl-nl/layout.xsl/3468.htm

rn

Over Wilo:

rn

WILO SE met het hoofdkantoor in Dortmund, Duitsland, is een toonaangevende fabrikant van pompen en pompsystemen voor verwarming, koeling, airconditioningtechnologie, watervoorziening en vuilwaterafvoer. Sinds de oprichting in 1872 karakteriseren innovatieve concepten en hoog-rendement (HR)technologie het productengamma van het bedrijf. In 1928 werd ’s werelds eerste circulatiepomp ontwikkeld en gepatenteerd. Wilo is ook pionier in de ontwikkeling van elektronische pompen. Al in 2001 presenteerde Wilo ’s werelds eerste HR-pomp voor verwarming,- koeling,- en airconditioningtoepassingen. De product- en systeemoplossingen staan bekend om hun hoge productkwaliteit en consequente klantgerichtheid wat resulteert in ongeveer 20 patenten per jaar en zijn hierdoor nu al voorbereid op de strenge ErP-richtlijnen. Wilo wordt wereldwijd vertegenwoordigd door 60 dochterondernemingen en heeft meer dan 6.200 medewerkers in dienst. In 2010 was de omzet € 1.021,4 miljoen. De Nederlandse vestiging van Wilo is gehuisvest in Westzaan.

 


You may also like...